Foto met PLAYMOBIL®-voorwerpen*

Actueel
Lettertypes/grootte

De federale regering besliste om flexi-jobs voor 12 nieuwe sectoren mogelijk te maken, waaronder onderwijs, kinderopvang en de publieke sport- en cultuursector. Aanvankelijk waren flexi-jobs bedoeld om 'zwart werk' tegen te gaan in de Horeca. Nu worden ze het zoveelst nep-statuut in plaats van volwaardige jobs.

Verhoging van de werkdruk

Voorstanders van flexi-jobs zien er een wondermiddel in om de tekorten op de werkvloer op te vangen. Dat argument hoor je ook geregeld vanuit werkgeverszijde. Een flexijobber kan tekorten opvangen. Dit is echter geen structurele oplossing voor de tekorten op de werkvloer. Net zoals uitzendarbeid en de verplichte gemeenschapsdienst dit evenmin zijn. Een flexi-jobber kan hooguit wat bijverdienen bovenop zijn voltijdse job of 4/5. Er is ook een risico op 'no-show' zoals we merken bij interims die niet komen opdagen.

Een flexi-jobber heeft geen binding met de werking en de organisatie. De reguliere werknemers zullen het gebrek aan kennis en ervaring moeten opvangen. Dat zal de werkdruk eerder verhogen dan wegnemen.
De risico’s wegen extra zwaar door binnen een overheid, zéker in een zorgcontext, waar continuïteit en kwaliteit centraal moeten staan.

Afbouw kwalitatieve tewerkstelling

De maatregel zal het tekort aan arbeidskrachten - zeker voor de jobs die gekwalificeerd personeel vereisen - niet oplossen. Het zal daarentegen de concurrentie tussen flexi-jobbers, werkzoekenden en deeltijdse werknemers (die hun werkuren willen verhogen) vergroten. Dit systeem ondermijnt de reguliere contracten. Meer inzetten van flexi-jobs betekent het verdringen van stabiele en duurzame tewerkstelling in de sector.

Flexi-jobs scheppen ongelijkheid gezien zij een ander fiscaal regime hebben: twee werknemers in dezelfde functie binnen hetzelfde bestuur kunnen verschillende salarissen ontvangen. Bovendien biedt het systeem geen garantie op werk.

Flexi-jobs geven een bijkomende druk op de reguliere job die de flexi-jobber uitoefent. Iemand die voltijds werkt én bijkomend een flexi-jobs uitoefent, onderwerpt zichzelf aan een verlenging van de wekelijkse arbeidsduur. Dit houdt risico's in voor de gezondheid, de veiligheid op de werkvloer en een goede werk-privé-balans, het recht op deconnectie, enz.

Flexi-jobs zorgen ook voor een inhoudelijke uitholling van de functies en beroepen, zeker als het gaat om functies die kwalificaties en diploma’s vereisen. Hoe zal er omgegaan worden met diplomavoorwaarden en selecties? Welk statuut zal op deze mensen van toepassing zijn? Veel vragen, weinig antwoorden…

De werkgever wint – de sociale zekerheid verliest

Met een aantal flexi-jobbers in dienst kan de werkgever besparen op de personeelskosten en minder regulier personeel aanwerven, dat duurder is. De werkgever betaalt voor een flexi-jobber enkel een patronale bijdrage van 28%. Dat wil zeggen: géén gewone sociale zekerheidsbijdragen of bedrijfsvoorheffing. De werknemer betaalt op het flexi-loon geen werknemersbijdragen of bedrijfsvoorheffing. Het zijn dumpingjobs waarop amper sociale zekerheid wordt betaald. Deze uitbreiding kost de sociale zekerheid veel geld omdat flexi-jobs sociale rechten verkrijgen zonder daar zelf sociale bijdragen voor te betalen, zoals voor pensioenrechten bijvoorbeeld. Dat zet de sociale zekerheid extra onder druk. Het ABVV schat de kost al op 50 miljoen euro per jaar en dat bedrag zal nog stijgen. De pers omschreef het als 'overheid organiseert eigen belastingontwijking'. 

Voor werklozen bieden flexi-jobx geen uitweg. Ze zijn immers enkel toegankelijk voor wie 4/5 of voltijds werkt. Ze zijn dus eerder concurrentie voor werkzoekenden.

Voor gepensioneerden is een flexi-job wel een manier om bij te verdienen. Bedenking hierbij is dat ze dan ook perfect kaderen in de neoliberale strategie om onze pensioenen laag te houden en dit legitimeert. Je moet immers niet klagen, je kan toch een flexi-job doen... Eerder pervers dan een zegen. Werkende ouderen, is dit de vooruitgang?

De kinderopvang en de zorg

Voor de zorg of kinderopvang zijn de bezwaren om flexi-jobs toe te laten nog veel groter. Continuïteit en kwaliteit vragen stabiele tewerkstelling. De zorginstellingen zijn géén duivenkoten. Daarnaast zijn we bezorgd dat sommige mensen in de zorg zelf zullen puzzelen met hun tewerkstellingsbreuk en bijkomende opdrachten zullen uitvoeren bovenop hun reeds (zware) reguliere job. Dat vergroot het risico nog meer op opbranden.

In de kinderopvang is het vanuit pedagogisch oogpunt ronduit schadelijk om veel wissels te hebben bij de begeleiders.

Sociale relaties en collegialiteit kunnen onder druk komen te staan. Wat als een flexi-jobber de beste shiften/uren krijgt of opeist ten koste van het vast personeel? Occasionele tewerkstelling ondermijnt verbinding en teamgevoel. Dit is niet goed voor de onderlinge verstandhouding op de werkvloer en komt de samenwerking en de kwaliteit van de dienstverlening niet ten goede.

Individueel lokmiddel

We begrijpen dat voor individuele werknemers het idee van een flexi-job aanlokkelijk klinkt. In tijden waar o.a. voedsel- en energiekosten de pan uit swingen, is een bijkomend inkomen niet alleen mooi meegenomen maar voor sommige mensen noodzakelijk. De vraag is: waar stopt dit? De flexi-job is een contraproductieve remedie tegen de constante verarming die de samenleving reeds decennia ondergaat. Het pakt de oorzaken niet aan. De oorzaken liggen in de langdurige loonmatigingspolitiek, waardoor de reële inkomens dalen ondanks het indexmechanisme. De oorzaken liggen ook in de bedragen van sociale uitkeringen die mensen in armoede houden. Wij passen voor het Angelsaksische model van de “vrijheid” om te veel en te hard te werken, én toch niet rond te komen. We willen als vakbond een samenleving waarbij de collectieve belangen van werknemers voorop staan, met normale en gezonde werkomstandigheden, een goede verloning, zonder nepstatuten én een sterke sociale zekerheid. Op lange termijn zal collectieve belangenbehartiging de individuele werknemer veel sterker zal maken. Daar zijn wij van overtuigd en daar werken wij elke dag aan!

Besluit

ACOD LRB gaat principieel niet akkoord met het inzetten van flexi-jobs binnen de lokale besturen. Dit geldt zéker voor de beroepen in een zorgcontext.

Waar lokale besturen gebruik willen maken van de wettelijke mogelijkheden, eisen wij een met de vakbonden vooraf onderhandeld kader. Daarin moeten strikte voorwaarden staan: welke jobs komen in aanmerking, hoeveel plaatsen worden opengesteld, hoe gebeurt de selectie, wat is het statuut van de flexi-jobbers? Het aantal flexi-jobs moet binnen het lokaal bestuur gelimiteerd zijn. Elke aanstelling moet gemotiveerd worden tegenover de vakbonden en we verwachten een regelmatige rapportage naar analogie met de uitzendarbeid.