Op 30 april 2025 wordt er voor het Grondwettelijk Hof gepleit tegen het ontslagdecreet. Op 14 juni 2023 keurde het Vlaams Parlement het ontslagdecreet[1] goed. Dat bepaalt dat de arbeidsrechtbank voortaan zal oordelen over een betwisting bij ontslag van een statutair personeelslid. Voordien was dat de Raad van State. Als de rechtbank oordeelt dat het ontslag onterecht is, heeft de medewerker enkel recht op een (kleine) schadevergoeding, maar wordt hij niet terug in dienst genomen. Dat was vroeger wel het geval.
Er werden maar liefst 5 verschillende verzoekschriften bij het Hof ingediend om het ontslagdecreet te laten vernietigen: door de vakorganisaties, de beroepsvereniging van algemeen directeurs en individuele personeelsleden. Er staat dan ook veel op het spel.
Onafhankelijkheid van de ambtenaren
Gert Vlasselaer, ACOD LRB: “Omdat statutaire personeelsleden voordien bij een onterecht ontslag voor de komst van het ontslagdecreet terug in dienst moesten genomen worden, zorgden de besturen ervoor dat de ontslagen meestal terecht waren. Nu kunnen personeelsleden die niet naar de pijpen willen dansen van het bestuur van de ene op de andere dag aan de deur gezet worden. Er zijn genoeg voorbeelden waarbij ambtenaren die onder druk worden gezet door de politiek met het ontslagdecreet in de hand ontslagen worden. Medewerkers die onfrisse praktijken aan de kaak stelden, en dus als klokkenluider beschermd werden, werden door het ontslagdecreet toch ontslagen. Hierdoor krijgen besturen volledig vrij spel.”.
Regionalisering zonder staatshervorming
Om het ontslagdecreet erdoor te krijgen, heeft de vorige Vlaamse Regering gebruik gemaakt van de zogenoemde “impliciete bevoegdheid”. Hierdoor betreedt de Vlaamse regelgever eigenlijk het terrein van het federale niveau en eigent zich een bevoegdheid toe die ze strikt genomen niet heeft.
Nathalie Hiel, ACV openbare diensten: “Een gevaarlijk precedent, want op die manier zijn er eigenlijk geen staatshervormingen meer nodig en kan elke deelstaat steunende op de zogenoemde leer van de “impliciete bevoegdheid” bevoegdheden naar zich toe trekken. Dit is niet enkel ongrondwettelijk, maar dit zet ook ons volledig federaal systeem op de helling.”
Geen syndicale onderhandelingen
Ook het feit dat er geen syndicale onderhandelingen waren, is een doorn in het oog van de vakbonden.
Christel Demerlier, VSOA LRB: “Bij de totstandkoming van het ontslagdecreet hanteerde de toenmalig minister Somers het “primaat van de politiek”. Hij vond dat omdat hij verkozen was hij ook de macht had om zelf te beslissen wat wel en niet in regelgeving zou geschreven worden zonder enige rekening te houden met andere regelgeving of te luisteren naar het middenveld.
Net dat is het gevaar voor de democratie, en het ontslagdecreet is hiervan een perfect voorbeeld Sommige burgemeesters en schepenen denken dat ze, doordat ze verkozen zijn, een soort alleenheerschappij binnen de gemeente hebben en dat ze alles mogen doen wat zij willen. Dit houdt niet enkel het uitvaardigen van onwettige regelgeving in, maar ook het uitdelen of het zichzelf toe-eigenen van financiële middelen. Ambtenaren die hiertegen ingaan worden op basis van het ontslagdecreet aan de kant geschoven. Het “primaat van de politiek” op z’n best, aldus Christel Demerlier.
Gevolgen van een mogelijke vernietiging
Als de beroepen tot vernietiging gegrond zijn, zal het Grondwettelijk Hof het ontslagdecreet (geheel of gedeeltelijk) vernietigen. Dat betekent concreet dat het ontslagdecreet dan geacht wordt nooit te hebben bestaan.
De ambtenaren die intussen op basis van het ontslagdecreet ontslagen werden, blijven echter wel ontslagen, maar kunnen daar opnieuw beroep tegen aantekenen binnen de zes maanden na de bekendmaking van het arrest van het Grondwettelijk Hof.
Na een vernietiging is het werk voor ons dus nog niet af en zullen we alle leden die op basis van het ontslagdecreet ontslagen werden verder helpen, besluiten de drie vakbonden.
De drie representatieve vakbonden hebben om 13 u. een actie gepland net voor de zitting in het Grondwettelijk Hof van start zal gaan. Woensdag 30 april 2025 om 13 u. Grondwettelijk Hof Koningsplein 7, 1000 Brussel.
Nog vragen over dit persbericht? Neem dan contact op met:
ACOD LRB – Gert Vlasselaer, federaal secretaris – 0478 66 41 18
[1] Decreet van 16 juni 2023 tot wijziging van het Provinciedecreet van 9 december 2005 en het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid