In de Standaard vertelt Christian De Coninck, woordvoerder van de Brusselse politie, over zijn boek ‘Die dag heeft Brussel geweend (en ik ook)’ Hij vertelt zijn verhaal over hoe hij de aanslagen op 22 maart heeft beleefd en hoe moeilijk het was om voor zichzelf toe te geven dat hij nadien leed aan PTSS.
Het blijft moeilijk voor politiemensen om er voor uit te komen, “Ik heb PTSS”. Sommige denken dat ze zwak zijn als ze het toegeven, anderen vrezen niet geloofd te worden, of erger nog afgeschilderd te worden als profiteur. Maar als je PTSS hebt kan je moeilijk blijven werken. Dan heb je hulp nodig, dan heb je behandeling nodig en vooral steun van je collega’s. Want deze slachtoffers kunnen niet meer verder. Hun functioneren wordt zodanig ondermijnd, dat normaal werken niet meer lukt. Ze vermijden alles wat hen zou kunnen herinneren aan het trauma, maar toch beleven ze het steeds weer opnieuw. En dan is er het gevoel van onrust dat leidt tot prikkelbaarheid of agressiviteit en vaak ook voortdurende angstgevoelens.. En daarnaast zowat alle mogelijke symptomen die door stress veroorzaakt kunnen worden.
In de vakliteratuur stellen ze dat 10% van de mensen die een schokkende gebeurtenis meemaakt achteraf ook PTSS zouden ontwikkelen. Het probleem bij de politie is dat je keer op keer geconfronteerd wordt met schokkende gebeurtenissen. De ene keer een zwaar verkeersongeval, een verwaarloosd kind, zware agressie tegen jou als politieambtenaar… Als het je job is om steeds weer naar het gevaar toe te gaan zie je veel verdriet, geweld en miserie. En vroeg of laat kan het te veel zijn.
Ik heb als psycholoog bij de politie mensen gezien die omwille van een op het eerste zicht minder erg incident uitvallen. Maar als ze dan beginnen te vertellen over wat ze allemaal meegemaakt hebben, vraag je jezelf af hoe ze het zo lang volgehouden hebben. Door te vertellen wat ze meegemaakt hebben, komt vaak ook het bewustzijn dat het veel was, te veel. En dat er vooral vroeger weinig mogelijkheden waren om er iets mee te doen. Nu zijn die mogelijkheden er wel maar ontbreekt vaak de tijd door het tekort aan personeel.
Ik ben dan ook blij dat Christian zo openlijk uitkomt voor wat hem overkomen is. Want het komt meer voor dan we denken en PTSS kan zeer goed behandeld worden. Gelukig bestaan er vandaag heel wat mogelijkheden om hulp te zoeken, zowel binnen als buiten de politie. Maar vaak beseffen deze collega’s pas in een later stadium dat er een probleem is. Daarom is het belangrijk om dit probleem bespreekbaar te maken. En dit boek kan daar bij helpen. Want zelfs de stoerste collega kan vroeg of laat een tik van de hamer krijgen.