De maatregelen om het welzijn van het politiepersoneel te beschermen moesten afgedwongen worden door de minister met een GPI.

Op 1 april verscheen de GPI 94, een ministerieel besluit dat de lokale zones verplicht om de richtlijnen van 19 maart toe te passen zoals gevraagd door de commissaris-generaal en de vaste commissie van de lokale politie. Deze richtlijnen bieden oplossingen voor de inzet van het personeel tijdens deze moeilijke periode. Maar verschillende lokale zones weigerden deze regels toe te passen of kwamen met beperkingen.

Voor ons onbegrijpbaar, de regels moesten het welzijn van ons personeel garanderen. Maar toch zijn er lokale zones waar de korpschef vindt dat het normaal is dat ze op elk mogelijke manier ingezet moeten kunnen worden, maar dat maatregelen om te vermijden dat ze de referentieperiode eindigen met veel minuren  niet gevolgd moeten worden. Ook dat ze hun vakantie mochten intrekken om zo te vermijden dat ze hun verlofdagen zouden zien verdwijnen tijdens de lock down konden sommige zonechefs niet verteren. 

Terwijl onze mensen gevraagd wordt om in moeilijke omstandigheden te werken met een gebrek aan beschermingsmiddelen, werden de maatregelen om de druk weg te nemen van tafel geveegd door deze korpschefs. Dat was voor ons onaanvaardbaar. Daarom hebben we de minister gevraagd om een GPI te maken die de zones oplegt deze maatregelen te respecteren. Dat is nu gebeurt, als er nu nog korpschefs weigeren dat een personeelslid zijn verlof, gepland tot en met de Paasvakantie, wil intrekken hebben we iets om dit af te dwingen.

We gaan het hier niet bij laten, er moeten nog meer maatregelen volgen, daar zullen we naar blijven streven. We willen dat de mensen die overuren hadden op 19 maart die blijven behouden; Ze hebben die overuren omdat ze steeds beschikbaar waren om diensten over te nemen. Ze mogen die niet verliezen omdat ze nu naar huis gestuurd worden omwille van preventiemaatregelen. De uren van 19 maart moeten bevrozen worden. Wanneer de crisis en de maatregelen stoppen, moeten de uren op nul gezet worden zoals voorzien in de nota en moeten mensen verder kunnen gaan met de stand van de overuren die ze op 19 maart hadden. 

Wanneer men opnieuw het idee naar voor brengt om de referentie periode te verlengen zullen we ons blijven verzetten. Het kan niet dat mensen die eind april op min honderd uur staan die in mei en juni moeten inhalen omdat de referentieperiode maart april verlengd zou worden tot eind juni of laat staan nog verder. Dat is geen goed idee.

Pin It on Pinterest