Actueel
Lettertypes/grootte

Niemand bleef onberoerd door de ravage die de wateroverlast van juli 2021 aanrichtte. Na de ramp kwam er een golf van solidariteit op gang die tot vandaag doorgaat. Naast de vele vrijwilligers boden verschillende brandweerkorpsen hulp aan de getroffen regio’s. ACOD-militanten, die erbij waren, getuigen. Wat nazindert is de enorme nood van de slachtoffers, de geur van schimmel en petroleum... 

Serge, ACOD-afgevaardigde bij Pidpa, werd opgeroepen als vrijwillige brandweerman in Zone Rand. Hun opdracht was om een andere brandweerploeg af te lossen en dringende taken ter plaatse uit te voeren.

Serge. Door het noodweer zijn we niet tot bij onze andere collega’s geraakt. We strandden aan de Ourthe, waar we niet meer konden oversteken. Omdat we met onze colonne wagens moesten stoppen, werden we aangeklampt door de lokale bevolking. Huizen naast de Ourthe stonden onder water tot in de helft van de eerste verdieping. Gezinnen zaten nog binnen en konden hun huis niet verlaten. Een 70-jarig koppel zat al meer dan 24 uur boven op hun dak zonder elektriciteit, water, eten of drinken. We probeerden deze mensen zo goed als mogelijk te helpen, maar door de sterke stroming was de reddingsactie veel te gevaarlijk. De mensen zaten veiliger op hun dak dan de stroming te trotseren om naar de kant te komen. We hebben hen wel drinken kunnen aanreiken. En onze aanwezigheid was voor hen een grote geruststelling. Zo wisten ze dat er hulp onderweg was.

Jurgen, ACOD-afgevaardigde bij brandweer Antwerpen, was met verlof toen de ramp gebeurde. Hij heeft expertise als duiker en is opgeleid voor hulp bij watersnood. Hij stelde zich kandidaat om vanaf zaterdag naar Luik te gaan. Reeds in de aanloop bleek de situatie erg chaotisch. 

Jurgen. Vrijdagmiddag kreeg ik melding om me zaterdagmorgen om 6.30 uur in de kazerne klaar te maken voor vertrek. Omstreeks 20 uur kregen we de melding dat het niet meer nodig was om bijstand te geven voor de reddingen bij de watersnood. Ik stelde me hierbij wel vragen, maar federaal was dit beslist en Luik zou de nazorg zelf regelen. Zaterdagmiddag kreeg ik de vraag of ik me dan toch kon klaarmaken om Luik bij te staan met pompwerken. Omstreeks 15.15 uur zijn we vertrokken met twee AP, haakarm met tractor, boosterpomp, wateroverlastcontainer en vrachtwagentje. Daar aangekomen splitsten we ons tussen de kazerne van Hamoir en Luik. 

Chaos in oorlogsgebied

De aankomst in het rampgebied was een schok. 

Jurgen. Chaos. Ik heb al veel gezien maar dit zag er uit als een warzone. Mensen hadden zelf al veel afval buiten gehaald, maar er was nog heel veel werk.

Eens ter plaatse bleek de organisatie nog steeds mank te lopen.

Jurgen. Ze hadden ons niet verwacht. We stonden daar met 200 pompiers klaar om te helpen. Na een uur wachten, maakten we zelf een verdeling voor inzet. We wilden helpen met de pompwerken in de tunnels. We moesten naar een andere kazerne in Luik om opdrachten te krijgen, maar daar zaten de plaatselijke pompiers zelf in de kazerne. Toen heb ik beslist om toch naar de tunnels te gaan.
Wat we daar zagen was schrijnend. Mensen waren zelf begonnen met pompen en waren blij dat we er waren. Toen de werken om 21 uur werden stilgelegd, zijn wij blijven pompen.
Ik kan begrijpen dat men de eerste dag niets kan organiseren, maar vanaf dag 2 en meer moet dat wel mogelijk zijn. 

Naast de brandweer zochten ook heel vele vrijwilligers een weg om te helpen. Onder hen Maarten (ACOD Oost-Vlaanderen), Ime (ACOD Antwerpen) en Dries (ACOD Vlaams-Brabant). Zij trokken met laarzen en poetsgerief naar het overstromingsgebied. 

Dries. Ik nam werkkledij en propere kleren mee voor achteraf. Ik ging ook winkelen om vooral pampers en dierenvoeding ter plaatse te kunnen afgeven.

Ik had een heel gemengd gevoel. Enerzijds was de situatie daar pure drama, maar anderzijds gaf de echt voelbare solidariteit toch ook een warm gevoel. Als een soort kaars in de donker.

Maarten. Ik hoopte één of twee mensen te kunnen helpen opruimen. We hadden extra poetsgerief gekocht, maar dat bleek voorbarig. Op weg naar het dorp waar we verwacht werden, hield de politie ons tegen. We zijn dan uitgeweken naar Verviers, waar we in een soort oorlogssituatie terecht kwamen. De bruggen naar de nieuwe plaats van afspraak waren niet meer bruikbaar. In de straat waar we uiteindelijk werkten, lag op elk voetpad een berg van twee meter hoog met huisraad. Mensen sliepen in hun auto op de parking van de supermarkt. 

Ime. Ik verwachtte zwaar werk en dat was het ook. Wat ik niet had verwacht, was dat mensen nood hadden aan een luisterend oor.
In het begin ging het mij goed af. Maar na een tijdje begon de uitzichtloosheid van de slachtoffers door te dringen. Ik heb een paar keer mijn tranen moeten bedwingen.

Dries. Het is een ervaring die ik voor de rest van mijn leven zal meenemen. Volwassen landgenoten in tranen zien uitbarsten te midden van kapot gescheurde huizen, militaire en politiecheckpoints, de ravage op de straten,... dit allemaal terwijl je vol modder hangt en stink naar de chemische producten. Het doet iets met een mens.

Maarten. Als je daar bent, zit je in een flow, maar eens thuis was het raar. We hadden met vrienden afgesproken op restaurant. Het voelde raar om lekker te eten terwijl zoveel mensen in nood zitten. Ik heb een klein steentje bijgedragen, maar ik maak me daar weinig illusies over.

Maarten ging twee keer helpen en ook Ime gaat nog terug.

Ime. Het water is wel weg, maar de problemen zijn nog niet opgelost.(lees verder onder afbeelding)

Hulp watersnood Ime

Falende overheid

Velen vonden een weg om hun steentje bij te dragen. De afwezigheid van een helpende overheid werd daarom sterk gevoeld. 

Maarten. Ik werd getroffen door de omvang van de ramp en de afwezigheid van de staat om die mensen te helpen. Ook de lokale besturen hebben gefaald in hun opdracht om de bewoners tijdig te informeren en onderdak te bieden. Leger en civiele bescherming moeten een veel grotere rol kunnen spelen. Zeker voor de vele daklozen en mensen zonder water en elektriciteit. 

Serge. Na 14 dagen is een collega terug geweest en de situatie was schrijnend. Hele straten met gezinnen moesten naar het toilet op 2 mobiele toiletten op een pleintje. Dat zegt genoeg, denk ik. Alles duurt zo lang. Ik hoop dat de mensen deze winter terug warm in hun huis kunnen zitten.

Het is nog niet achteraf, want de mensen zitten daar nog steeds in de miserie.

Ime. De overheid zou toch wat meer kunnen helpen. In de zwaar getroffen wijk in Esneux worden de drie afvalcontainers één keer per week geledigd. Als de slachtoffers vrienden mobiliseren om te helpen en de containers zijn vol, dan staat de hulp er voor niets.
Er zijn vele zaken waar je niet direct aan denkt. Als je auto niet omnium verzekerd is, moet je hem op eigen kosten laten ruimen… ook uit de rivier. De dokters in je wijk zijn mee getroffen, dus daar kan je niet terecht. De bakkers zijn getroffen, dus voor brood moet je veel verder. Aannemers voor herstellingen zijn niet te vinden. Een man in Esneux vond er een voor binnen anderhalf jaar… Er is nood aan sociaal assistenten voor het kluwen met de verzekeringsmaatschappijen. Mensen mailen maar krijgen geen antwoord. Als ze bellen hangen ze de hele dag aan de lijn,…

Jurgen. Mensen hebben echt hulp nodig, alles is kapot. Ik hoop dat de mensen de juiste financiële steun krijgen en dat er geen misbruiken zullen zijn.

Dries. Vlamingen, Brusselaars en Walen uit niet-getroffen gebieden - gewone mensen - hebben hun solidariteit getoond. Volgens mij is het tijd dat de respectievelijke regeringen dit ook doen. Niet als lening of via een of ander terugbetalingsstelsel, maar uit solidariteit. We zijn ten slotte één land.

Openbare diensten cruciaal

Jurgen en zijn collega’s kregen lof en appreciatie. Een goed opgeleide en uitgeruste brandweer is nodig. De maaltijden verdeeld door de collega’s van defensie werden beter gesmaakt dan de catering die het Rode Kruis uitbestede aan de privé.
Er zijn zovele noden. Die kan je enkel collectief aanpakken.

Serge. De openbare dienst dient daarvoor. Hier betalen de mensen belastingen voor. 

Dries. Het belang van de openbare diensten staat buiten kijf. Diverse takken van de openbare diensten zoals de brandweer die de mensen van de daken gingen halen, sociale diensten die achteraf de financiële zaken helpen in orde te brengen, reinigingsdiensten die de straten terug proper maken en gevaarlijke producten verwijderen,...  allemaal hebben ze gedurende deze ramp talloze mensen kunnen helpen en vaak zelfs kunnen redden. Ze zullen dat ook blijven doen want zelfs nu zijn de gevolgen nog verre van opgelost. We dienen dit als bevolking te erkennen met de hoop dat de regering eindelijk ook dit belang erkent en stopt met de reeds jaren durende afbouw van de openbare diensten. Sterke openbare diensten zijn van enorm belang.

Openbare diensten spelen een cruciale rol bij het voorkomen, beheersen en opvangen van crisissen en rampen. ACOD LRB wil dat de lessen uit corona en de overstromingsramp worden getrokken. Er is een band tussen het vernietigen van de strategische voorraad mondmaskers en de hakbijl in de Civiele Bescherming. De besparingslogica moet stoppen want ze kost levens.

ACOD LRB blijft meevoelen met alle slachtoffers en met iedereen die hielp of helpt, ondanks de impact die deze ongeziene situatie op je kan hebben. Dat is solidariteit.